Lippendienst
Onze Heiland en Heer had geen goed woord over voor mensen die doen alsof. Mensen die doen alsof zij van de Heer houden en de indruk wekken dat zij dienaren van de Heer zijn, maar ondertussen niet oprecht bezig zijn. De Heer noemde die mensen huichelaars. Huichelaars zijn mensen die zich beter voordoen dan zij zijn.
Jesaja profeteerde, zie Jesaja 29:13, “… Omdat dit volk Mij slechts met woorden nadert en met zijn lippen eert, terwijl het zijn hart verre van Mij houdt, en hun ontzag voor Mij een aangeleerd gebod van mensen is,” Dit zijn ernstige woorden tot een volk dat de Heer niet oprecht dient en Hem dus niet liefheeft met geheel het hart.
Mensen die de Heer niet oprecht dienen, spreken woorden uit die niet gemeend zijn en slechts bedoeld zijn om indruk op anderen te maken. Zij bewijzen lippendienst en de vreze Gods is ver te zoeken. Hun hart is verre van God en zij tonen een gemaakt respect.
Het lijkt alsof de Heer met hen is, terwijl Hij verre van hen is, omdat zij ver van Hem zijn.
Laat mij eerst duidelijk stellen dat velen van onze gemeente respect en vreze voor de Heer hebben. Zij zijn eerlijk naar zichzelf en eerlijk naar de Heer en elkaar. Zij volharden niet in hun onreinheden, maar tonen oprecht berouw over hun ongerechtigheden en bekeren zich. Zij willen alles doen om in het reine met God te leven en alle belemmeringen (door de zonde) uit te bannen. Ik dank God voor al die broeders en zusters. Zij zijn niet het probleem voor het werk van de Geest in ons midden. Zij zijn getrouwe kinderen van God.
Toch zijn de enkelen, misschien meer dan enkelen, die de Heer alleen met de lippen dienen, een ernstige belemmering voor het werk van de Heilige Geest in de gemeente. Niet alleen in de gemeente Maranatha, maar in elke gemeente, want in elke gemeente zijn er huichelaars. Die enkele huichelaars zijn stoorzenders. Zegt Gods Woord niet in 1 Korinthe 5 dat een weinig zuurdesem het gehele deeg zuur maakt. Beseffen wij dat in Nederland?
Met stoorzenders bedoel ik mensen die al lang, soms vele jaren, in de gemeente(n) komen, maar volharden in hun oneerlijkheid, leugenachtigheid en ongerechtigheden. Het gaat dus niet om de mensen die pas op de weg zijn, maar de mensen die zogenaamd al heel lang op de weg zijn. Duidelijk is dat de Heilige Geest in deze ernstige en benauwde tijd meer dan ooit wil werken, maar er zijn stoorzenders. Daarom citeerde de Heer, verbolgen en bedroefd, de profetie van Jesaja: “Dit volk eert Mij met de lippen, maar hun hart is verre van mij;” ( Matteüs 15:8)