De broederliefde
Er is de hemelse Vader veel aan gelegen om de liefde tussen broeders (zusters) een zeer voorname plaats te geven in Zijn Koninkrijk. Hij wil hebben dat wij elkaar zeer liefhebben en een voorname plaats in onze Gods beleving geven aan de onderlinge liefde. De Vader wil niets liever dan dat wij veel ruimte geven aan de liefde. Anders gezegd, dat wij aan de liefde voor elkaar een zeer hoge prioriteit geven. Onze God vindt de broederliefde, zoals wij die liefde noemen, zeer belangrijk.
De apostel Johannes komt zelfs met zeer zwaar geschut om die liefde voor elkaar veilig te stellen. Hij zegt in 1 Johannes 4:21 – “Wie God liefheeft, moet ook zijn broeder liefhebben.”
Wij zeggen zeer gemakkelijk dat wij God liefhebben en wij menen het ook, terwijl wij soms in onmin met onze broeder/zuster leven. Volgens de wetten van het Koninkrijk Gods kan dat niet en past het niet. Niemand kan echt van God houden en tegelijkertijd in onmin leven met een broeder of zuster. Voor onze Vader in de hemel is dat onmogelijk. Ons hart en ons geweten zullen ons aanklagen. Wij zullen geen innerlijke vrede en rust hebben.
In 1 Johannes 4:21 staat het nog duidelijker, daar is geen misverstand over. “Indien iemand zegt: Ik heb God lief, doch zijn broeder haat, dan is hij een leugenaar; want wie zijn broeder, die hij gezien heeft, niet liefheeft, kan ook God, die hij niet gezien heeft, niet liefhebben.”
Wij hebben dus geen keuze, geen vrije wil in deze zaak. Althans, indien wij beweren God lief te hebben. WIJ ZIJN VERPLICHT VAN ELKAAR TE HOUDEN. DE BROEDERLIEFDE.
Die broederliefde is fantastisch en leidt tot vrede met elkaar en vrede met God. Het staat ver van het oordelen van een ander, ver van kwaadsprekerij. Die liefde houdt bitterheid ver van ons af en staat niet toe dat jaloezie de overhand neemt of om de hoek komt kijken. Het blaast al deze dingen weg uit de onderlinge relatie.
Maar er zegeviert verdraagzaamheid, wij kunnen snel vergeven, wij rekenen het kwade niet toe en wij bedekken de fouten van anderen.
Dat laatste betekent dat wij de zonden van een broeder of zuster niet rondbazuinen, maar dat wij elkaar onder vier ogen vermanen.
Heb elkander lief.