Elkaar herkennen in de hemel
Er gebeuren heden ten dage zoveel ernstige en rampzalige dingen, dat we er niet onderuit komen om aan de eeuwigheid te denken. Men zal steeds meer gaan beseffen dat geld en de wereld niet gelukkig maken. Geld kan het leven weliswaar tot op zekere hoogte gemakkelijker maken, maar daar houdt het mee op. Er zijn nog heel veel andere en belangrijke zaken in het leven, die niet met geld gekocht kunnen worden. Men gaat steeds meer verlangen naar meer kennis over geestelijke zaken. Dat is op zich niet zo verwonderlijk, aangezien er in ieder mens een ingebouwd verlangen leeft naar God of naar een godheid. Daarom zien we niet alleen een grote toename van het occultisme, maar gelukkig ook van mensen die hun toevlucht zoeken tot het evangelie van Christus.
Het is niet verwonderlijk dat mensen in een tijd van rampen gaan verlangen naar het onderzoeken van geestelijke zaken en er ook een punt van maken te weten wat er in de eeuwigheid zal geschieden als de lamp uit gaat. Is er een hemel? Dan is er ook een hel. Is er leven na de dood of houdt alles op als de lamp uit gaat? Wat gebeurt er met mensen die euthanasie plegen en nog meer van dergelijke vragen. Vandaag wil ik het echter hebben over de volgende vragen: Zullen de gelovigen elkaar herkennen in de hemel? Zullen we onze dierbaren die ons zijn voorgegaan weer zien en herkennen? Hier op aarde hebben we genoeg kennis om elkaar te herkennen. Zullen we straks die kennis niet meer hebben? Is het mogelijk dat we straks in de hemel minder kennis zullen bezitten? Zullen we straks in de hemel, in het huis van de Vader, volmaakte gedachten hebben?
De Bijbel leert ons dat we Jezus zullen zien, gelijk Hij is. We zullen met hogere waarden bekleed zijn. In de hemel zal ons kennen volkomen zijn. Hier op aarde zijn de dingen nog in duisternis gehuld, maar aan gindse kusten, aan de overkant, daar is door de tegenwoordigheid van Christus alles verlicht. Ongetwijfeld zullen we daar vervuld zijn met kennis en zullen we elkaar herkennen.
Mozes die allang gestorven was en Elia die opgenomen werd, werden op de berg der verheerlijking door Petrus, Johannes en Jacobus herkend, hoewel ze hen nooit eerder gezien hadden (Mattheüs 17:1-8). Indien de discipelen met hun beperkte, natuurlijke blik Mozes en Elia konden herkennen, hoeveel te meer zullen wij elkaar in de hemel, met onze verheerlijkte lichamen en geestelijke ogen, herkennen.
Ik verwijs ook naar de gelijkenis van de rijke man en de arme Lazarus (Lucas 16:19-31). Daar sprak de Here over het herkennen van elkaar na de dood. Het is zeker dat we elkaar zullen herkennen. Dat is goed om te weten. Laat deze wetenschap in deze onzekere wereld een grote aansporing zijn om te blijven op de Weg. Jezus is de Weg!
Het hoogste goed van een christen ligt niet in de vele zegeningen, hoe belangrijk die ook mogen zijn in de jaren die we op aarde doorbrengen; de meeste mensen blijven niet eens een tiende van een millennium op aarde. Ons hoogste goed is nog altijd de zekerheid van het eeuwige leven met de Here God!