Groeien
Een argument dat mensen soms aanvoeren om de gemeente te verlaten is, “wij groeien niet”. In feite verlaten zij de gemeente, omdat zij ontevreden zijn over het één en ander. Dat kan gebeuren. We kunnen namelijk niet een ieder tevreden stellen. Weer anderen verlaten de gemeente, omdat zij teleurgesteld zijn in een broeder of zuster. Overal waar mensen zijn, kunnen er teleurstellingen zijn. De mensen raken dan verbitterd en zullen in hun nieuwe gemeente vroeg of laat voor problemen zorgen.
Wat bedoelen de mensen met “wij groeien niet”? Na lang overdenken ben ik tot de conclusie gekomen, dat sommigen met deze woorden bedoelen dat zij geen taak krijgen, die in hun ogen belangrijk is. Of ze krijgen in de gemeente geen “profetie”, die hen een geweldige toekomst belooft of voorzegt. Weer anderen streven naar een voorname positie in de gemeente en zien dat als groei.
Wat is een voorname positie in de kerk? Is dat voorganger of oudste of diaken zijn? Ik betwijfel dat. Ik denk veeleer dat wij een voorname positie hebben als wij een nauwe en toegewijde relatie met de Heiland hebben. Het voornaamste doel van ons leven is niet om belangrijk te zijn in de ogen van mensen, maar God verheerlijken en genieten van Zijn tegenwoordigheid. Kinderen Gods moeten het verheerlijken van God en het genieten van Zijn tegenwoordigheid als hun voornaamste roeping zien in het Koninkrijk van God.
Hoe kunnen wij God verheerlijken? Ik zal enkele dingen opnoemen. Er zullen misschien nog enkele zijn. Maar ik volsta met onderstaande:
Door een nauwe en toegewijde relatie met God te hebben
Door lofprijzing als een levensstijl te hebben
Door een diep verlangen naar een gebedsleven
Door met uw leven en woorden een getuige te zijn
Door een groot verlangen naar het Woord van God.
Laat ons ophouden met die vrome woorden, “wij groeien niet”. Laat ons veeleer onze eigen samenkomsten niet verzuimen en de broeders en zusters liefhebben, zoals de Here ons liefheeft gehad en liefheeft.
Wij behoren blij te zijn met de Heer, met onze behoudenis, met onze samenkomsten, met onze broeders en zusters en vooral blij te zijn met het offer van Jezus Christus aan het KRUIS, ook al hebben wij niet een positie, die groot lijkt in de ogen van mensen.