Jongeren
Het is een goede zaak dat er een krachtige jongerengroep in de gemeente is. Onze jongeren kunnen een geweldig voorbeeld zijn voor hun leeftijdsgenoten. Ze kunnen meer dan wie dan ook buitenkerkelijken bereiken. Het wordt tijd dat we veel gaan investeren in onze jongeren. De jeugd is niet het volk van de toekomst, ze is het volk van nu, van vandaag. We kunnen ons geen gemeente indenken zonder een krachtige inbreng van de jongeren. Hun inbreng is nodig.
De tegenstander heeft zijn pijlen vooral gericht op de jongeren en zal alles doen om hen voor zijn rijk te winnen. De strijdwijze van onze gemeenschappelijke vijand is meedogenloos. Als een briesende leeuw gaat hij tekeer en laat geen enkel middel onbeproefd om onze jeugd te beïnvloeden. Op praktisch elk terrein van het leven is hij actief en het schijnt dat hij op vele fronten een geweldige voorsprong heeft genomen. Het percentage godvrezende jongeren is klein.
Daarom is het heel bemoedigend te constateren dat de grootste groep bekeerlingen in onze gemeente jonger dan dertig jaar is. Vroeger stonden de kerken bekend als een instituut voor ouderen. De gedachte leefde dat jonge mensen konden wachten met het dienen van God, totdat ze op leeftijd waren gekomen. Het was gebruikelijk om de oproep om Christus te aanvaarden, af te wimpelen met woorden als: “Wanneer ik oud ben, zal ik aan God denken.” Goddank zijn de tijden veranderd. De jongeren hebben het evangelie ontdekt. Ze zien nu in, dat de dingen van de wereld geen echte bevrediging bieden en geen enkele oplossing geven voor de levensproblemen. Ook hebben ze ontdekt dat wereldse vermaken slechts een tijdelijk en vals genot bieden, maar dat echte vrede en blijdschap alleen te vinden zijn in het evangelie van Jezus. Geen wonder dat in vele gemeenten het aantal jongeren groter is dan het aantal ouderen. De Heilige Geest is extra bezig met de jeugd. We verwachten dan ook een grote toename van jongeren in de gemeenten van Christus.
Geestelijke leiders doen er goed aan hierop acht te slaan en de jongeren een goede plaats te geven in de gemeente. We moeten hen in alle facetten van het gemeentewerk betrekken en beseffen dat ze nu, en niet morgen, actief moeten zijn. Ook behoren we acht te slaan op de roeping in hun leven en hen daarbij te begeleiden en te ondersteunen. Onze Here God heeft in Zijn Koninkrijk altijd jonge mensen gebruikt. De Bijbel spreekt over de jongeman Jozua, die niet week uit de tent der samenkomst. Ook over de jonge Samuël, die in de dienst des Heren was. (1 Samuël 3:1) Salomo dankte de Here God voor het feit dat hij, hoewel hij nog jong was, in de plaats van zijn vader David tot koning gezalfd was (1 Koningen 3:7). Er zijn nog veel meer voorbeelden.
Ik ben vastbesloten om meer dan ooit acht te slaan op de “bloesem” van de gemeente, de jongeren. De Here wil hen gebruiken in Zijn dienst en we hebben hen nodig. Ze zullen niet alleen krachtige eindtijdpredikers zijn, maar ook krachtige leiders in de bediening. Ze zijn het volk van vandaag!