Mijn verlangen

Zo spreekt de Heer: “Mijn kinderen, wanneer u Mij zoekt met geheel uw hart, vooral in uw gebeden en wanneer u Mij vanuit het diepste van uw hart lofprijst, zal Mijn goedheid en genade uw deel zijn”.
Al een poos is in mijn hart een diep verlangen naar gebed. Ik zou als het ware de hele dag willen bidden, vooral lofprijzen. Want lofprijzen is net als aanbidding, een krachtige vorm van gebed. Mijn hart schreeuwt naar de Here God. Ik wil bidden en nogmaals bidden. Bidden is praten tot God. Ik wil praten tot God en luisteren naar Hem. Ik ben moe om alleen naar mensen te luisteren. Ik wil meer. Ik wil van de hemel horen. Ik wil God steeds weer horen praten tot mijn ziel. Mijn ziel schreeuwt naar God. “Buiten u, o Heer, kan mijn ziel niet leven”.
Ik besef dat wij de persoonlijke gebeden, maar ook de gebeden van elkaar, nodig hebben. Juist in deze tijd, waarbij er zo een diep verlangen in ons hart naar de tegenwoordigheid van de Heer is, moeten wij bidden, lofprijzen en aanbidden. Door te bidden, lofprijzen en aanbidden, komen wij in Gods tegenwoordigheid. Ik kan mij niet indenken dat er kinderen Gods zijn, die zonder Gods tegenwoordigheid kunnen leven. “Als een hert dat verlangt naar water, zo verlangt mijn ziel naar U. U alleen kunt mijn hart vervullen, mijn aanbidding is voor U”.
Ik heb sterk in mijn hart om met de gemeente de Heer krachtig te loven en te prijzen. Wij moeten luide de Heer prijzen, Hem grootmaken, Hem steeds danken voor al de goede dingen die ons ten deel vallen. Ik wil juichen voor de Heer in en met de gemeente, luid. De hele buurt mag het horen. Ik wil Hem eren, Hem liefhebben en vooral Hem vertellen hoezeer ik van Hem houd. Hij moet ons hart en leven beheersen. Hij moet voornaam zijn in ons denken. Ik besef dat dit alles zal komen als wij tot Hem bidden, Hem lofprijzen en Hem aanbidden. I love you, Lord!

share